woensdag 15 juli 2009

New Glass Prevents Birds From Colliding with Windows


birdwindow Written by Bryan Nelson on CleanTechnica.com
Image Credit: dbrulz123 on Flickr under a Creative Commons License

A new exterior film for glass has been developed which can be seen by birds but not humans. It could be used to help prevent the needless deaths of billions of birds which collide with windows annually.
Collisions with windows are estimated to be the most common cause of bird death worldwide aside from habitat loss. The numbers of deaths are staggering, outranking deaths by domestic cat, hunting, vehicular collisions, and wind turbine accidents combined. Thus, preventing bird-window collisions could be the simplest way to significantly reduce bird fatality around the world.

As reported by The Wilson Journal of Ornithology, and discovered by researcher Daniel Klem Jr., the best window covering for the job was an exterior film with evenly spaced ultraviolet UV-reflecting and UV-absorbing patterns. Aside from preventing bird collisions and being transparent to humans, the new glass covering is also cheap to produce, and due to its UV-reflecting properties it may even help prevent sunburn.

The next step is to make it a permanent coating for sheet glass used in new construction. But until then, the research also illustrated a number of other easy ways you can help prevent bird collisions without replacing your windows. You can dim your lights at night, or better yet– cover them up. There’s not much to see after the sun goes down anyway, and you’ll save a lot on your electricity bills by dimming those lights. There are also a number of landscaping and architectural changes you can make too, such as eliminating trees and shrubs from areas in front of windows, and minimizing ground cover. Furthermore, birds are more likely to collide with windows during the Fall and Spring, during their seasonal migrations.

“When this film is available for use it will save billions of bird lives annually after existing windows are retrofitted worldwide,” said Klem.

donderdag 25 juni 2009

Milieuraport van Amerikaanse regering erkent gevolgen aardopwarming

In een nieuw alarmerend rapport over de opwarming van de Aarde, uitgevoerd op vraag van de Amerikaanse president Barack Obama, worden de (onomkeerbare) gevolgen op het milieu in de VS beschrijven.

De erkenning van de grootschalige gevolgen van de aardopwarming is een sterke breuk met het beleid onder Obama's voorganger George W. Bush. Volgens de studie zijn de gevolgen nu al voelbaar in de VS.

Die gevolgen zijn onder meer merkbare temperatuursverhogingen, verhogingen van het waterpeil van de oceanen, het smelten van gletsjers en het almaar sneller smelten van winterse sneeuw.

Vermindering van gasuitstoot

De onderzoekers concluderen dat er heel snel maatregelen moeten worden getroffen indien we willen dat de situatie niet helemaal ontspoort. Zo moet de gasuitstoot gevoelig worden verminderd.

De regering-Obama heeft oren naar die aanbevelingen en wil het beleid onder Bush inzake het milieu helemaal omgooien.

In het Congres zal gestemd worden over een wetsontwerp om vervuilende uitstoten tegen 2020 met 17 procent te verminderen ten opzichte van 2005.

Nieuw milieuvriendelijk beton gaat 16.000 jaar mee

nieuw-milieuvriendelijk-beton-gaat-16-000-jaar-mee_5_460x0 Ingenieurs van het prestigieuze Massachusetts Institute of Technology (MIT) hebben een nieuw, milieuvriendelijk soort beton ontwikkeld dat 16.000 jaar lang meegaat.

Beton is een bijzonder stevig materiaal. Toch treedt er geleidelijk een vervorming op, door een reorganisatie van kleine partikels. Dat proces wordt “creep” genoemd.

Onderzoekers van het MIT onderzochten hoe ze dat proces konden vertragen en bewezen met een mathematisch model. Huidig beton gaat zo’n honderd jaar mee, maar de onderzoekers konden ultra-high-densitybeton (UHD) tot 16.000 jaar sterk houden.

Milieu

De onderzoekers denken daarbij op korte termijn aan erg gespecialiseerde toepassingen, zoals containers voor radioactief afval. Die moeten immers duizenden jaren sterk moeten blijven.

Maar als het UHD-beton op termijn in de hele bouwsector ingang vindt, kunnen de positieve effecten voor het milieu enorm zijn.

CO2

Beton is een van de meest gebruikte bouwmaterialen ter wereld. Jaarlijks wordt er twintig miljard ton van geproduceerd, goed voor 5 tot 8 procent van de jaarlijkse menselijke uitstoot van CO2.

De nieuwe betonsoort kan die hoeveelheid aanzienlijk terugdringen. Door de langere levensduur hoeft er minder snel gebouwd of gerenoveerd te worden. Door sterkere structuur kunnen bovendien veel lichtere constructies gemaakt worden, waardoor er veel minder materiaal nodig is.

Bron: Het Belang Van Limburg

Windenergie volstaat voor wereldwijde energievraag

windenergie-volstaat-voor-wereldwijde-energievraag_5_460x0 Met voldoende windmolenparken kan de mensheid meer dan voldoende stroom opwekken om de wereldwijde energiebehoeften te dekken. Rusland is het land met inzake windkracht de grootste potentie.

Dat blijkt uit onderzoek aan de Amerikaanse Harvard University. Wordt windenergie ten volle uitgebuit, dan bedraagt het huidige wereldwijde stroomverbruik amper 1,2 procent van het potentieel aan windenergie.

Tot 50 zeemijl in zee

Michael McElroy en zijn medewerkers hebben voor hun studie het wereldoppervlak ingedeeld in vakjes van ongeveer 100 kilometer op 100 kilometer en gewerkt met hoogtelijnen om de 100 meter. Vlakke gebieden, gebieden die in beboste regio's liggen of dicht bevolkte stroken werden onmiddellijk uit de ramingen gelaten. Maar stroken zee tot 50 zeemijl voor de kust en tot een diepte van 200 meter zijn wel bruikbaar.

16 keer de behoefte

Voor de Verenigde Staten komen McElroy en co op een mogelijke energieproductie die 16 keer groter is dan de huidige behoefte. Een nationaal netwerk van windmolens met een capaciteit van 2,5 Megawatt kan de klus klaren. Dergelijk netwerk zou zelfs maar aan gemiddeld 20 procent van de maximale capaciteit moeten bollen om al die energie op te wekken.

Windschuren

Wereldwijd komen de onderzoekers uit op een theoretische productie van 1,3 miljoen terawattuur (TWh, 1 TWh = 1.000 gigawattuur) per jaar. In 2006 bedroeg het wereldwijde stroomverbruik volgens de IEA ongeveer 15.666 TWh, dat is maar 1,2 procent van die mogelijk 1,3 miljoen TWh. Rusland, Canada en de VS zouden de grootste windschuren zijn.

De bouw van dergelijk windpark is volgens de auteurs misschien utopisch, deze cijfers geven wel aan welk belang windenergie kan spelen. En dan te bedenken dat amper 1 procent van de zonne-energie die de aarde absorbeert, wordt omgezet in wind.

Ondermeer Der Spiegel besteedt aandacht aan de studie onder leiding van Michael McElroy. Hun bevindingen zijn gepubliceerd in de Proceedings Of The National Academy Of Sciences.

Bron: Het Belang Van Limburg

woensdag 17 juni 2009

Duitse bedrijven investeren 400 miljard in zonne-energie

4d_250 Een consortium van een twintigtal Duitse bedrijven is van plan in Noord-Afrika een gigantisch zonne-energieproject te bouwen om Europa van energie te bevoorraden. Dat schrijft de krant Süeddeutsche Zeitung dinsdag en wordt nu ook bevestigd door één van de deelnemers, elektroreus Siemens.

(belga) - Er is sprake van een investering van 400 miljard euro. De eerste elektriciteit zou binnen tien jaar worden geleverd, aldus de krant. Bedrijven die deel uitmaken van het consortium zijn herverzekeraar Munich Re, Siemens en RWE. Half juli zouden ze bijeenkomen om de plannen te formaliseren.

Het project -Desertec- voorziet in een keten van zonne-energie installaties. Bedoeling is met spiegels de energie van de zon te bundelen en stoom op te wekken voor turbines. De installaties zouden komen in landen die politiek stabiel zijn. Een nieuw net zou de energie dan naar Europa vervoeren. De plannen zijn om 15 pct van het Europese energieverbruik te dekken.

"Het doel is elektriciteit te leveren aan Duitse gezinnen", zo bevestigt een woordvoerder van Siemens het krantenartikel. Op 13 juli komen de bedrijven die willen deelnemen aan het project bijeen.


14:06 - 16/06/2009 Copyright © De Tijd

zondag 17 mei 2009

Aantal premies voor energiebesparende ingrepen in de lift

Tijd_Premies Er worden in Vlaanderen steeds meer premies uitbetaald aan mensen die energiebesparende ingrepen doen. Zo is het aantal premies van de netbeheerders voor ingrepen zoals het plaatsen van dakisolatie of superisolerende beglazing tussen 2007 en 2008 met 73 procent gestegen.

(belga) - Dat blijkt uit cijfers die Vlaams minister voor Leefmilieu Hilde Crevits zondag heeft bekendgemaakt naar aanleiding van de Vlaamse Renovatiedag.

In 2008 keerden de netbeheerders in totaal bijna 100.000 premies uit, een forse stijging tegenover de 57.000 premies in 2007. Vooral het plaatsen van superisolerende beglazing, met bijna 41.000 premies, en condensatieketels, met bijna 35.000 premies, blijkt populair. Ook voor dakisolatie keerden de netbeheerders bijna 20.000 premies uit.

Omdat het plaatsen van dakisolatie in de cijfers toch wat achterop hinkte, besliste minister Crevits een bijkomende Vlaamse premie voor dakisolatie in te voeren. Die nieuwe premie werd gelanceerd in januari 2009 en intussen werden er al 4.500 dossiers ingediend voor een totaalbudget van 1,9 miljoen euro of zo'n 420 euro per aanvraag. Door de combinatie van de premies, wordt het plaatsen van dakisolatie in de helft van de gevallen kosteloos, stelt minister Crevits.

Ook de Vlaamse premie voor niet-belastingbetalers is volgens de CD&V-minister een succes. Die premie werd ingevoerd om een fiscale scheeftrekking uit de wereld te helpen. Zo voorziet de federale overheid een fiscaal voordeel bij bepaalde energiebesparende investeringen. Maar gezinnen die geen of niet genoeg belastingen betalen, kunnen van die fiscale aftrek geen gebruik maken. Gezinnen met een klein inkomen maar met een groot potentieel voor energiebesparingen bleven dus in de kou staan.

Om die scheve situatie recht te zetten, werd vorig jaar een Vlaamse premie in het leven geroepen. Voor dakisolatie, hoogrendementsbeglazing en condensatieketels kunnen "niet-belastingbetalers" een premie krijgen die vergelijkbaar is met het fiscaal voordeel op federaal vlak.

Op 9 maanden tijd zijn er meer dan 5.000 aanvragen ingediend. Het toegekende bedrag van de premie bedraagt gemiddeld meer dan 1.600 euro. Minister Crevits benadrukt daarbij dat drie kwart van de aanvragers ouder zijn dan 60 jaar.

"Met een door en door sociale maatregel gaan nu eindelijk ook mensen met een laag inkomen, kansarme beschermde klanten, bejaarden hun huis isoleren, die dit anders niet zouden gedaan hebben. Tegelijk ook een door en door ecologische maatregel, goed voor een jaarlijkse besparing van 37 miljoen kilowattuur, of 24.000 ton CO2", aldus nog minister Crevits.


Bron: De Tijd
Link: http://www.tijd.be/nieuws/binnenland/Aantal_premies_voor_energiebesparende_ingrepen_in_de_lift.8184835-438.art

woensdag 13 mei 2009

Wereldwijde energiecrisis is nabij

Steeds meer wetenschappers komen tot de conclusie dat de steenkoolreserves zwaar overschat zijn, ook door het VN-klimaatpanel. Als er niet dringend een alternatief komt, belanden we volgens hen in een wereldwijde energiecrisis.


Meestal gaat men ervan uit dat de Verenigde Staten, China en Australië nog voor honderden jaren steenkoolreserves hebben. Er zou veel nog veel meer steenkool dan olie onder de grond zitten.

Dalende lijn
Nieuwe berekeningen trekken dat sterk in twijfel, meldt televisiezender Discovery. David Rutledge van het California Institute of Technology bestudeerde de evolutie van de steenkoolproductie in vijf belangrijke gebieden: Pennsylvania in de VS, Frankrijk, het Duitse Ruhrgebied, Groot-Brittannië en Japan.

Hij zag in de vijf regio’s een gelijkaardige klokcurve: eerst een steile groei, dan een piek, en ten slotte een constant dalende lijn. Het onderzoek toont aan de nationale regeringen hun reserves voortdurend zwaar overschat hebben en dat de werkelijke reserves gemiddeld slechts een kwart bedragen van wat altijd geponeerd is.

Plafond
Door die trend te extrapoleren komt Rutledge aan een wereldwijde steenkoolreserve van 666 miljard ton. Dat is veel minder de 3400 miljard ton die het VN-klimaatpanel naar voren schuift. Als dat klopt, kan de wereldwijde steenkoolproductie al tegen 2025 aan zijn plafond zitten.

Steeds meer wetenschappers volgen die stelling. James Murray van de Universiteit van Washington wil deze maand een oproep lanceren om de schattingen van het VN-klimaatpanel te herbekijken. Hij gaat dat doen op de algemene vergadering van de Amerikaanse Geofysische Unie.

Rutledge’s nieuwe schatting betekent ook dat de CO2-uitstoot minder zal stijgen. De stijging zal nog altijd groot genoeg voor een gevaarlijke klimaatwijziging, zeggen Rutledge en Murray. Maar daar komt nu de dreiging van energieschaarste bij, zeggen ze.

RP (IPS)

Bron: Het Belang van Limburg

donderdag 7 mei 2009

Schimmel uit regenwoud kan beste biobrandstof worden

schimmel-uit-regenwoud-kan-beste-biobrandstof-worden_9_165x165 In het regenwoud van Patagonië, in het zuiden van Latijns-Amerika, hebben wetenschappers een unieke schimmel ontdekt die de belangrijkste ingrediënten van diesel produceert. De schimmel kan mogelijk een heel nieuwe vorm van groene energie worden.

“Dit is het eerste organisme dat zo’n belangrijke combinatie van brandstofingrediënten blijkt te produceren”, zegt Professor Gary Strobel van de Universiteit van Montana in een persbericht. “De schimmel kan die stoffen zelfs produceren uit cellulose, een betere bron van biobrandstof dan eender wat we toch vandaag gebruiken.”

De schimmel kreeg de naam Gliocladium roseum en produceert een aantal verschillende molecules die de bouwstenen van diesel vormen. De onderzoekers noemen de nieuwe vorm van diesel “mycodiesel”.

“De schimmel leeft in de Ulmoboom in het regenwoud van Patagonië”, legt Strobel uit. “We waren er op zoek naar nieuwe schimmels en waren erg verrast toen we de gasproductie van deze nieuwe soort onderzochten. Uit ons onderzoek bleek dat de schimmel een hele reeks brandbare stoffen produceerde. Toen we hem in het laboratorium lieten groeien, produceerde hij stoffen die zelfs nog beter leken op de diesel die we gebruiken in onze auto’s.”

Potentiële revolutie

De ontdekking kan belangrijke gevolgen hebben voor de productie van biobrandstoffen. De schimmel vervangt immers een moeilijke en controversiële stap in de conventionele productie van biobrandstoffen. Daarbij moet de cellulose eerst omgevormd worden tot suikers en dat kost veel hitte of chemicaliën. Genetici werken al jaren aan manieren om microben zover te krijgen, maar tot nog toe zonder veel succes. Bij de traditionele productie gaat daardoor ook een groot deel van de plant verloren en worden enkel suikerrijke onderdelen gebruikt.

“G. roseum slaagt erin om mycodiesel rechtstreeks te maken uit cellulose, het belangrijkste ingrediënt van planten en papier”, legt Strobel uit. “Daardoor kunnen we een hele stap uit het productieproces overslaan.” Bovendien kan ook heel wat plantenmaterie gebruikt worden die voor mens en dier niet verteerbaar is. Strobel droomt ervan een groot deel van de afval uit landbouwareaal, dat jaarlijks meer dan 430 miljoen ton bedraagt, voor de productie van mycodiesel te kunnen gebruiken

Biobrandstoffen gebruiken enorme hoeveelheid water

biobrandstoffen-gebruiken-enorme-hoeveelheid-water_5_460x0 Biobrandstoffen kregen al steeds meer kritiek omdat ze concurrentie vormen voor voedingsgewassen en leiden tot massale houtkap. Uit nieuw onderzoek blijkt dat ze ook nog eens enorm veel water verbruiken.

Volgens de studie in het tijdschrift Environmental Science & Technology wordt de waterconsumptie van biobrandstoffen sterk onderschat. De auteurs komen tot de conclusie dat een voertuig op basis van maïs-ethanol goed is voor een waterconsumptie van maar liefst 118 liter per kilometer.

De wetenschappers hielden bij hun onderzoek rekening met het waterverbruik tijdens de landbouw- en productiefase, maar ook met de gevolgen voor watertekorten en vervuiling door meststoffen, pesticiden en sedimenten.

Het onderzoek komt er te midden van groeiende controverse over biobrandstoffen. Die werden ooit voorgesteld als het milieuvriendelijke alternatief voor fossiele brandstoffen, maar de kritiek nam snel toe. Zo vormen gewassen voor de productie van biobrandstoffen concurrentie voor voedingsgewassen, waardoor de voedselcrisis aangewakkerd wordt. In verschillende delen van de wereld worden bovendien wouden gekapt en platgebrand om landbouwareaal vrij te maken voor plantages voor biobrandstoffen.

dinsdag 5 mei 2009

Elektrische auto's zijn niet groen maar grijs

elektrische-auto-s-zijn-niet-groen-maar-grijs_5_460x0 Elektrische auto's zijn niet zo groen als ze ons verkocht worden. Zonder opwekking van duurzame stroom, zal de massale overschakeling naar elektrische auto's in de eerste plaats de nood aan nieuwe maar vervuilende kolencentrale vergroten.

Het probleem is dat al die elektrische auto's 's morgens en ook 's avonds aan het net zullen gehangen worden. Die hogere ochtend- en avondpieken in het stroomverbruik moeten opgevangen worden met extra kolencentrales. De schade voor het milieu zou per elektrische auto uiteindelijk groter zijn dan per auto die op benzine.

Dat blijkt uit een studie van de Duitse tak van het Wereld Natuur Fonds samen met Izes, een Duits instituut voor toekomstige energiesystemen. De massale inzet van elektrische auto's zal de totale uitstoot van CO2 slechts marginaal verlagen. Duitsland wil dat er tegen 2020 een miljoen elektrische auto's of plug-inhybrides op de Duitse wegen rondrijden.

Als de elektriciteitssector erin slaagt een 'slimmer' netwerk te bouwen dat de piekvraag zonder piekproductie aankan, zijn elektrische auto's misschien wel een (deel van de) oplossing. Ook moet er meer duurzame stroom opgeslagen kunnen worden dan nu het geval is.

Bron Het Bland van Likmburg

maandag 27 april 2009

België werkt aan oplaadnetwerk voor elektrische auto's

Distributiebedrijf Eandis broedt op plannen voor een landelijk netwerk van oplaadpunten voor elektrische auto's. Een van de volgende dagen zouden daarover meer gegevens bekend zijn.

De plannen zitten nog in de onderzoeksfase, zegt woordvoerder Simon Van Wijmeersch in de krant De Morgen.

Investeringen

Het huidige elektriciteitsnet en de productiecapaciteit zijn momenteel niet geschikt om op grot schaal elektrische auto's op te laden. Daar zijn volgens Van Wijmeersch grote investeringen voor nodig. Er zullen dus enkele jaren over heen gaan eer er een echt oplaadnet operationeel is.

Nederland staat al verder met de uitbouw van een nationaal oplaadnetwerk. Nederland rekent er op dat er in 2012 op zeker 10.000 openbare plaatsen zuilen staan waar elektrische auto's kunnen worden opgeladen.


Bron: Het Belang Van Limburg

woensdag 22 april 2009

België kan 5,2 miljard besparen op energie'

Met een pakket ambitieuze maatregelen rond energie-efficiëntie kan België tegen 2030 5,2 miljard euro besparen. Dat blijkt uit een studie van McKinsey & Company die woensdag werd voorgesteld op het Forum van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO).

(belga) - Uit de McKinsey-studie blijkt dat ons land slecht scoort op het vlak van energie-efficiëntie. Zo zijn het gebouwenpark, het wegtransport en de industrie minder energie-efficiënt dan in de buurlanden. De studie ziet een groot verbeteringspotentieel.

Zo zou België 29 procent van het voor 2030 verwachte energieverbruik kunnen terugschroeven. Het grootste verbeteringspotentieel zit bij de gebouwen (48 procent), de industrie (22 procent) en het wegtransport (21 procent).

Als er ambitieuze maatregelen genomen worden, kan ons land volgens de studie tegen 2030 5,2 miljard euro per jaar besparen. Afhankelijk van de olieprijzen zou die besparing kunnen variëren tussen 3,5 miljard euro en 10 miljard euro.

Volgens het VBO is er nood aan een globaal pact tussen de overheid en de ondernemingen waarbij de krachten worden gebundeld om ons land tegen 2030 een koploper te maken op het gebied van energie-effiëntie.

Het VBO lanceert daarvoor een reeks denkpistes, gaande van de oprichting van een Green Bank - een bank die met inkomsten uit de veiling van emissierechten projecten rond energie-efficiëntie financiert - tot een "green car policy" bij de bedrijven en extra sensibilisering in het onderwijs.

Alle VBO-voorstellen zijn terug te vinden op www.vbo.be.

 

Bron: Tijd.be

dinsdag 24 maart 2009

Energie winnen uit giftig gas in Zwarte Zee

energie-winnen-uit-giftig-gas-in-zwarte-zee_5_460x0 De Zwarte Zee is zwaar vervuild met waterstofsulfide, een giftig gas dat naar rotte eieren stinkt. Turkse wetenschappers denken dat het gas als energiebron kan dienen als er een veilig methode gevonden wordt om er waterstof uit te halen.

Vanaf 150 meter diepte bevat de Zwarte Zee nauwelijks nog zuurstof. Enkel bacteriën kunnen er overleven op basis van organisch materiaal en afval. De bacteriën produceren bij de afbraak van dat materiaal massaal het giftige waterstofsulfide.

Ramp wordt oplossing

Dat gas is op zich weer een ramp voor het onderwaterleven. Volgens Turkse onderzoekers kan die ramp omgebogen worden tot een oplossing die het klimaat ten goede komt.

Op ongeveer tweehonderd meter diepte ligt een laag van vijftig meter dik die vrijwel uitsluitend uit waterstofsulfide bestaat. Die groeit dagelijks aan door de aanvoer vanuit de sedimenten op de bodem.

Sulfide

Als er een veilige en energiezuinige manier gevonden kan worden om het gas af te tappen, wordt de Zwarte Zee dus een enorm brandstofreservoir.

De onderzoekers denken aan installaties op zonne-energie die waterstof isoleren, waardoor er enkel sulfide overblijft. Die reststof kan gebruikt worden door de farmaceutische industrie en bij rubberproductie.

Bron: JG (IPS)

Robotvissen speuren naar vervuiling Europees project gaat op zoek naar de bron

RobotFish De Europese Commissie heeft een futuristisch project opgezet om vervuiling op te sporen met robotvissen. Met vijf ‘vissen’ wil zij op zoek gaan naar bronnen van gevaarlijke verontreinigingen.

De vissen zijn elk anderhalve meter lang en kosten zo’n twintigduizend pond per stuk (21.453 euro). De beestjes werden ontwikkeld aan de universiteit van Essex in Engeland door professor Huosheng Hu en zijn team.

De robotvissen zijn uitgerust met sensoren voor chemicaliën. Daarmee kunnen ze ontdekken wanneer een schip of een onderzeese pijplijn gevaarlijke stoffen lekt. Na hun trip keren ze terug naar een oplaadstation. Vanaf daar wordt de informatie die de vissen hebben opgeslagen draadloos doorgestuurd naar de haven waar ze rondzwemmen.


RobotFish2
Bron ZDnet.be

donderdag 19 maart 2009

Hybride vrachtwagen maakt Brusselse rit schoner

BRUSSEL - Coca-Cola en Delhaize hebben aangekondigd hun transport 'groener' te maken. Coca-Cola laat een hybride vrachtwagen door Brussel rijden.

Er rijdt een hybride vrachtwagen rond in Brussel, voor rekening van Coca-Cola België, dat zich sterk maakt dat het de eerste in Europa is. Iveco bouwde het testvoertuig, dat tot eind juni bij wijze van proef een vast traject van 20 km en 10 klanten aflegt in het centrum van Brussel. De eerste levering vond gisteren plaats in het Don Bosco Instituut van Sint-Pieters-Woluwe.

Coca-Cola belevert de meeste van haar verkooppunten rechtstreeks met eigen voertuigen. Het heeft meer dan 342 lichte bedrijfsvoertuigen 224 vrachtwagens en 219 personenwagens.

Hybride technologie is geschikt voor korte ritten met veel haltes. Er worden twee motoren gebruikt: een dieselmotor en een elektrische motor. Wanneer het voertuig remt, komt er energie vrij die wordt opgeslagen in de batterij. De batterij voedt de elektrische motor om te starten en te versnellen tot 20 km per uur.

Daarna neemt de dieselmotor over. Hybride voertuigen zijn stiller en verbruiken 25 tot 30 procent minder, de uitstoot daalt navenant.

Coca-Cola besliste eerder dit jaar om 13 miljoen euro te investeren in een groenere vloot. Verouderde wagens werden vervangen door milieuvriendelijkere types.

Eveneens gisteren liet Delhaize weten een ecologische, multi-temperatuur vrachtwagen te gaan gebruiken voor lange afstanden. Dankzij zijn twee laadniveaus met ieder een eigen temperatuur, kan deze wagen goederen vervoeren die vroeger aparte voertuigen nodig hadden. Zo zijn er minder vrachtwagens nodig.

Door een nieuwe leveringsplanning liet Delhaize sinds 2008 al 40 vrachtwagens minder rijden, het aantal afgelegde kilometers is met 2 miljoen verminderd.

De eerste resultaten (op een traject richting Luxemburg) zijn veelbelovend, zegt Delhaize, en tonen aan dat het gebruik van dit soort vrachtwagens manier rendabel is. Voor de trajecten Brussel-kust of Brussel-Ardennen is een tweede ecotruck op komst tegen einde maart.

 

Bron: Nieuwsblad

dinsdag 24 februari 2009

Stockholm en Hamburg zijn de groenste hoofdsteden van Europa

BRUSSEL - Stockholm en Hamburg zijn maandag in Brussel uitgeroepen als eerste winnaars van de nieuwe Europese Groene Hoofdstad-prijs. Dat heeft de Europese Commissie bekendgemaakt. De Zweedse hoofdstad zal de titel dragen in 2010, gevolgd door de Duitse havenstad in 2011.

Met de onderscheidingen wil de Commissie de Europese steden aansporen om de kwaliteit van het stadsleven te verbeteren door in de stedenplanning systematisch rekening te houden met het milieu.
Stockholm, een snel groeiende stad van 800.000 inwoners, heeft zichzelf de ambitieuze doelstelling gesteld om tegen 2050 vrij te zijn van fossiele brandstoffen. Sinds 1990 heeft de stad de CO2-uitstoot reeds met 25 procent verminderd. Zo’n 95 procent van de bevolking woont op minder dan 300 meter van een groen gebied. De Commissie heeft ook woorden van lof voor het afvalverwerkingsysteem van de Zweedse hoofdstad.
Ook Hamburg, dat 1,8 miljoen inwoners telt, heeft bijzonder ambitieuze klimaatbeschermingsdoelstellingen ingevoerd zoals het terugbrengen van de CO2-uitstoot met 40 procent tegen 2020 en met 80 procent tegen 2050. Daarenboven heeft bijna elke inwoner van de stad op 300 meter toegang tot het openbaar vervoer. Er is ook een systematische structuur van groene ruimten die voor de inwoners gemakkelijk te bereiken zijn.
Ongeveer 35 steden hebben zich ingeschreven voor de prijzen van 2010 en 2011. Acht finalisten werden geselecteerd: Amsterdam, Bristol, Kopenhagen, Freiburg im Breisgau, Hamburg, Münster, Oslo en Stockholm.

svh (belga)

dinsdag 10 februari 2009

Going green: How to cut costs and save the planet

An english article by Joanna L. krotz on how to cut costs and save the planet on the Microsoft website


http://office.microsoft.com/en-us/officelive/FX102396791033.aspx?ofcresset=1

Bron: Microsoft

maandag 26 januari 2009

Obama neemt eerste milieumaatregelen

Obama De Amerikaanse president Barack Obama heeft maandag zijn eerste milieumaatregelen voorgesteld. De Verenigde Staten moeten minder afhankelijk worden van andere landen voor hun energievoorziening en de uitstoot van broeikasgassen moet naar omlaag.

(belga) - Obama wil duidelijk komaf maken met de politiek van zijn voorganger. De hele wereld moet volgens hem samenwerken in de strijd tegen de opwarming van het klimaat. "De Verenigde Staten zijn klaar om de handschoen op te nemen, maar ook opkomende economieën als China en India moeten hun rol spelen", aldus de president.

Obama heeft het nationale milieu-agentschap EPA gevraagd om Californië toe te laten strengere normen op te leggen voor de uitstoot van wagens. De staat had daartoe een verzoek ingediend tijdens de ambtstermijn van Bush, maar het EPA stak daar - naar verluidt onder sterke druk van de auto-industrie - een stokje voor.

Auto-industrie

"Vanaf 2011 komen er nieuwe nationale normen voor wagens, zodat we minder brandstof gebruiken en minder vervuilen", aldus Obama. Daartoe zou een wet uit 2007 nieuw leven worden ingeblazen. De maatregelen werden toen op het laatste moment tegengehouden door de regering Bush. In 2020 moet de Amerikaanse automobielindustrie een gemiddelde van 35 mijl per gallon kunnen voorleggen (6,7 liter per 100 kilometer).

Obama zegt zich ten volle bewust te zijn van de moeilijkheden waar de automobielindustrie momenteel mee worstelt. De maatregelen zijn volgens hem dan ook niet bedoeld om de producenten het leven nog zuurder te maken, maar om hen voor te bereiden op de toekomst.

Bron De Tijd

vrijdag 16 januari 2009

0ode aan hernieuwbare energie

De_Proost_Steven Iedereen kent intussen de 20-20-20-doelstellingen van Europa: broeikasgassen terugdringen met 20%, hernieuwbare energie opdrijven tot 20% van de energieconsumptie en 20% besparen op het totale energieverbruik. En dat alles tegen 2020.

Dat de realisatie van die doelstellingen tot een jaarlijkse reductie van olie- en gasimport kan leiden van 50 miljard euro en Europa minder afhankelijk maakt van geopolitieke spanningen, is echter minder bekend. Toch verbaast het dat de Europese Commissie een grotere onafhankelijkheid van energiebevoorrading slechts als het op twee na belangrijkste voordeel ziet. Het grootste nut is de positieve bijdrage in de strijd tegen de opwarming van de aarde, en een voorbeeldrol om groener te leven. Ik denk dat talloze Oost-Europeanen al een week veeleer groen lachen als we hen confronteren met het voordeel 'global warming'.


Europa, dat sterk afhankelijk is van Russisch gas en de toevoer over Oekraïne, komt nu maar al te graag langs in het debat om de plooien te kunnen gladstrijken. De ex-communistische neo-Europese toetredingslanden, die vandaag in de kou staan, zullen immers vrij kritisch oordelen of ze wel de juiste beleidsrichting hebben gekozen of toch maar beter onder de hoede van Rusland waren gebleven. Maar bovenal wordt Europa geconfronteerd met zijn falende interne keuken: de meeste Europese lidstaten zijn er nog niet in geslaagd om hun gasnetwerken noch hun elektriciteitsnetwerken te verbinden, om zo de gastoevoer te kunnen opvangen die nodig is voor onze warmtevoorziening, maar ook voor onze elektriciteitsproductie. Heel jammer te moeten vaststellen dat, tien jaar na de officiële liberalisering van de markt, elke nationale markt in de praktijk nog steeds een nationale markt is gebleven, ondanks wat verschuivingen in aandeelhoudersstructuur.


Er zijn echter grote verschillen binnen de 26 lidstaten met betrekking tot de afhankelijkheid van Russisch gas. Bulgarije, Slovakije en Tsjechië, met respectievelijk 100%, 100% en 80% afhankelijkheid, staan uiteraard het zwakst. De Bulgaarse economie heeft de laatste negen dagen al meer dan 50 miljoen euro verloren, een bedrag dat enkel exponentieel kan blijven stijgen wanneer het land eind deze maand al zijn gasreserves zal hebben opgebruikt. Bulgarije overweegt nu de heropstart van een oude 440 MW nucleaire installatie, die het twee jaar geleden heeft moeten sluiten als voorwaarde tot EU-lidmaatschap. Wij verwachten dan ook dat deze landen nog meer dan voorheen de kaart van hernieuwbare energie zullen trekken. Met de uitdagende doelstellingen inzake hernieuwbare energie in gedachten, hebben Tsjechië en Bulgarije onlangs hun regulatoir kader verder geoptimaliseerd, zodat ze vandaag de hitlijst van meest aantrekkelijke zonne-energielanden aanvoeren. We verwachten, in de huidige gascrisis, dan ook een stormloop van projectontwikkelaars naar deze gebieden.


Met slechts 5% afhankelijkheid van Russisch gas scoort België opvallend beter dan de meeste van zijn buurlanden: Duitsland spant de kroon met 42%, Frankrijk zit op 24% en het Verenigd Koninkrijk op 16%. Enkel Nederland, dat zelf 75 miljard m³ gas produceert, heeft een vorm van immuniteit. De sterke positie van België reflecteert het belang van de LNG-terminal in Zeebrugge, heel onlangs nog zelf het toneel van een verbeten strijd rond Publigas. Vorige week raakte eveneens bekend dat Publigas slechts 6,25% in Distrigas zal verkopen aan ENI, ten opzichte van zijn totale participatie van 31,25%. Die verkoop levert ongeveer 300 miljoen euro op, wat gebruikt kan worden om de participatie van Publigas in Fluxys verder op te drijven, in lijn met de ambitie van Publigas om een controle te verwerven in Fluxys. Een pluim op de hoed van Publigas-voorzitter Daniël Termont, tevens ook burgemeester van Gent, die eerder ook al de bevoorrading van energievoorziening (lees: controle op de LNG-terminal) had laten primeren op financiële winsten.
Als deze gasoorlog één ding leert, is het dat hernieuwbare energie en decentralisatie van energieparken veel meer zijn dan een modeverschijnsel dat enkel appelleert aan de problematiek van klimaatverandering, maar in wezen een zuivere oplossing zijn om de energiebehoefte van elk land minder afhankelijk te maken van buitenlandse twisten.


Steven De Proost is managing partner bij het onafhankelijke energieadviesbureau 7c Consult. Elke maand geeft hij zijn visie op de energieactualiteit.


Bron: www.standaard.biz/wattnu

donderdag 15 januari 2009

Biobrandstoffen komen van de grond

BRUSSEL - Testvluchten in de Verenigde Staten en in Nieuw-Zeeland met alternatieve brandstoffen zijn succesvol verlopen, maar volgens milieuactivisten zijn het weinig meer dan publiciteitsstunts. Het is nog niet duidelijk of biobrandstof de luchtvaartindustrie echt duurzaam kan helpen maken.


Kokosnootolie, olie van de babassupalm, olie van algen, olie van de jatrophaplant. Allemaal zijn ze onlangs uitgeprobeerd als grondstof om alternatieve, milieuvriendelijke vliegtuigbrandstof van te maken. De eerste proefvluchten, door verscheidene luchtvaartmaatschappijen, zijn succesvol verlopen. Maar de nieuwe brandstoffen hebben nog een lange weg af te leggen voor ze op grote schaal ingezet kunnen worden als duurzaam, veilig én betaalbaar alternatief voor klassieke kerosine.

Virgin Atlantic, de luchtvaartmaatschappij van de mediagenieke ondernemer en avonturier Richard Branson, beet in februari vorig jaar de spits af, met de eerste vlucht van een groot passagiersvliegtuig, gedeeltelijk aangedreven door biobrandstof (proefvluchten met kleinere vliegtuigen waren al eerder uitgevoerd). Een Boeing 747 Jumbo van Virgin Atlantic vloog van Londen naar Amsterdam, terwijl een van de vier motoren van het toestel gevoed werd met een mengsel van bewerkte kokosolie, babassupalmolie en gewone vliegtuigbrandstof.

Air New Zealand deed op 30 december een gelijkaardige proef, ook al met Boeing 747. Een van de motoren werd gevoed met een mengsel van vijftig procent 'Jet A-1' (standaardvliegtuigbrandstof) en vijftig procent bewerkte jatropha-olie. Jatropha is een tropische plant met olierijke zaden (die ook bekendstaan als schijtnoten of purgeernoten, wegens hun laxerende eigenschappen).
Vorige week volgde de Amerikaanse maatschappij Continental Airlines. Een Boeing 737 vloog anderhalf uur lang boven de Golf van Mexico, terwijl een van zijn twee motoren draaide op vijftig procent gewone vliegtuigbrandstof en vijftig procent biobrandstof, bestaand uit een mengsel van jatropha-olie en algenolie. Japan Airlines wil later deze maand beginnen met proeven met biobrandstof op basis van huttentutolie.

Volgens Continental was er bij zijn proeven geen enkele wijziging aan de vliegtuigmotor nodig; het mengsel van kerosine en biobrandstof kon zonder meer de plaats van de normale brandstof innemen. En het voldoet volgens de maatschappij aan alle geldende normen voor vliegtuigbrandstof, zoals een voldoende laag vriespunt. Een zwakke plek van biobrandstoffen voor toepassingen in de luchtvaart is dat ze soms te snel bevriezen als een vliegtuig in de kou op grote hoogte vliegt.

'Het vliegtuig deed het perfect', verklaarde de testpiloot Rich Jankowski na de vlucht, 'Er waren geen problemen, alles verliep volgens het boekje.' Om de kwaliteit van de brandstof te testen deed Jankowski proeven zoals de motor in de vlucht uit- en weer aanzetten.

Ook bij Air New Zealand voldeed de biobrandstof uitstekend. 'Er was absoluut geen verandering in de prestaties van het vliegtuig. Dat is wat opvallend was aan de vlucht: er gebeurde niets, er waren geen verrassingen', tekende het vakblad Aviation Week & Space Technology op uit de mond van David Morgan, chef-piloot van de luchtvaartmaatschappij. Ook de Nieuw-Zeelandse piloten hebben proefjes gedaan zoals afwisselend de motor uit- en weer aanzetten, plankgas geven, stijgen tot grote hoogte en afremmen op de motor bij het landen. De motor die op biobrandstof heeft gewerkt, is intussen weer van de Boeing afgehaald en wordt nu grondig onderzocht. Het vliegtuig vliegt weer met gewone kerosine, met betalende passagiers aan boord (en zonder dat de piloot ze de stuipen op het lijf jaagt door motoren uit te zetten).

Volgens Morgan was de proefvlucht met jatropha-olie een stap op de weg naar de certificering van de biobrandstof voor gebruik op vluchten met passagiers aan boord. Hij hoopt dat de internationale luchtvaartautoriteiten over enkele jaren een nieuw recept voor vliegtuigbrandstof goedkeuren, met op zijn minst al enkele procenten plantaardige olie erin gemengd.

De luchtvaartsector is tot nu toe grotendeels ontsnapt aan CO2-taksen, Kyoto-limieten of andere inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. De sector is voorlopig nog maar verantwoordelijk voor een klein deel van de wereldwijde CO2-uitstoot (zo'n twee procent), maar dat aandeel stijgt wel snel. De sector zelf is als de dood voor het moment dat hij niet langer aan inspanningen zal kunnen ontkomen. Volgens critici zijn de proefvluchten met biobrandstof vooral een doorzichtige manier van de luchtvaartsector om zijn imago op te poetsen. De luchtvaartmaatschappijen zouden zich als brave leerlingen willen voordoen in de hoop zo harde maatregelen (zoals CO2-taksen op vliegtuigbrandstof) nog wat langer te kunnen afhouden. Een 'gimmick' noemt Kenneth Richter van de milieupressiegroep Friends of the Earth de biobrandstoftest van Virgin. 'Als je naar het recentste wetenschappelijk onderzoek kijkt, dan zie je dat biobrandstoffen zeer weinig doen om emissies te verminderen. Wat we moeten doen is de waanzinnige expansie van de luchtvaart een halt toeroepen.' Doug Parr van Greenpeace spreekt van 'groenwassen op grote hoogte.'

Het idee achter biobrandstoffen is dat ze in theorie 'CO2-neutraal' zijn, aangezien de koolstofdioxide die bij hun verbranding vrijkomt, eerder door de groeiende planten uit de lucht is gehaald. Maar in de praktijk blijkt dat, althans bij de huidige eerste generatie biobrandstoffen, erg tegen te vallen. Bij hun productie is er toch nog zoveel energie en meststof nodig, en worden er zoveel broeikasgassen uitgestoten, dat de balans amper of niet positief uitvalt. Bovendien concurreren de biobrandstoffen met voedingsgewassen voor de schaarse vruchtbare bodems, wat de prijs van voedsel de hoogte injaagt.

De luchtvaartmaatschappijen denken dat ze tegemoet kunnen komen aan die kritiek door hun keuze van biobrandstof. Het gaat niet om de meest gekritiseerde bronnen van biobrandstof zoals maïs, maar om olie uit planten die geen directe concurrenten voor voedingsgewassen zouden zijn, en die zonder veel broeikasuitstoot geteeld en tot brandstof verwerkt kunnen worden. Jatropha groeit volgens Air New Zealand op arme bodems die niet geschikt zijn voor gewone landbouw. De jatropha voor de proefvlucht kwam uit India, Malawi, Mozambique en Tanzania, en was in de Verenigde Staten bewerkt tot vliegtuigbrandstof. Algen, die in water groeien (en dat zeer snel doen) en niet concurreren met traditionele landbouwgewassen, zouden een nog duurzamere vorm van biobrandstof moeten opleveren. Maar al die nieuwe types biobrandstof zijn voorlopig nog erg experimenteel. De jatrophateelt is arbeidsintensief en levert een product van wisselende kwaliteit. Het is nog niet duidelijk of de gewassen op voldoende grote schaal verbouwd kunnen worden zonder het milieu te zwaar te belasten, en of het gebruik ervan betaalbaar zal zijn.

 

Bron: De Standaard